Bart van der Sloot heeft meerdere werken geschreven over de regulering van Elektronische Programmagidsen, e-Boeken, Must-Carry verplichtingen, de digitalisering van Radio en Televisie en het algemene juridische regime omtrent audiovisuele mediadiensten. Enkele van deze studies en artikelen zijn hieronder te raadplegen.
Dit rapport betreft de vaste boekenprijs in Nederland
Sinds 2005 kent Nederland een wettelijke vaste prijs voor gedrukte boeken in de Nederlandse en Friese taal. Uitgevers zijn verplicht om voor nieuwe boeken een verkoopprijs vast te stellen waar alle verkopers zich aan moeten houden.
De vaste prijs geldt voor onbepaalde duur, maar na een half jaar mag de uitgever de vaste prijs aanpassen en na een jaar mag hij besluiten de vaste prijs op te heffen.
De Wet op de vaste boekenprijs (Wvbp) beoogt op deze wijze bij te dragen aan een pluriform titelaanbod, de brede beschikbaarheid van het boek en publieksparticipatie (koop- en leesgedrag)
Download het Nederlandstalige rapport hier of het Engelstalige rapport hier.
Rapport over audio-visual media
Een belangrijke doelstelling van het mediabeleid is het garanderen van toegang tot een betaalbaar en pluriform audiovisueel media-aanbod voor alle burgers in Nederland. Veranderingen in de markt voor distributie van (digitale) televisie en audiovisuele content roepen de vraag op welke obstakels zich daar nu en in de nabije toekomst kunnen voordoen, waar de overheid in haar beleid op in zou moeten spelen. Om deze vragen te beantwoorden, brengt het onderzoek trends in aanbod, gebruik en distributie van omroep en andere audiovisuele diensten in kaart. Het onderzoek identificeert de obstakels voor de toegang tot een betaalbaar en pluriform aanbod voor burgers enerzijds en anderzijds voor toegang tot distributienetwerken voor aanbieders van televisie en audiovisuele diensten.
Download het rapport hier
Dit artikel bespreekt de regulering van Elektronische Programmagidsen in Europa.
De overgang van analoge naar digitale televisie en programma-aanbod heeft grote consequenties gehad voor het televisielandschap en de regulering daarvan. Waar er aanvankelijk schaarste bestond, daar geldt thans een overdaad in aanbod. Dit heeft twee belangrijke gevolgen teweeggebracht. Ten eerste is zowel de mogelijkheid als de legitimatie van de Staat om over te gaan tot mediaregulering, onder andere in verband met kwaliteit en pluriformiteit, onder druk komen te staan, daar deze aanvankelijk juist was gestoeld op de eerlijke verdeling van de schaarse etherruimte. Ten tweede wordt de consument geconfronteerd met een overdaad aan digitale zenders, waarvan het tijdrovend kan zijn het kaf van het koren te scheiden en te bepalen welke van de aangeboden programma’s het best bij de persoonlijke interesses aansluit.
Download het Nederlandstalige artikel hier en een Engelstalige herbewerking hier.
Dit artikel bespreekt de Must-carry verplichtingen in de Europese Unie.
De eerste must-carry-regels gaan terug tot 1990, de tijd waarin de ruimte op analoge omroepnetwerken beperkt was en het aanbod snel toenam door de introductie van particuliere omroepen. Om ervoor te zorgen dat kanalen van algemeen belang nog steeds zouden worden uitgezonden, voerden landen regels in om de schaarse beschikbare kabelcapaciteit te reguleren.
De belangrijkste reden voor de invoering van deze "must-carry"-regels was om de toegang tot de publieke omroep te garanderen en een gevarieerde keuze aan programma's te waarborgen. De optie in het Europese regelgevingskader om distributiecapaciteit te reserveren voor geselecteerde kanalen, wordt gekenmerkt door de technologieneutrale formulering ervan.
Download het artikel hier.